Over Taal voor het leven

Het samenwerkingsprogramma Taal voor het leven helpt gemeenten en organisaties met het organiseren van scholing voor mensen die laaggeletterd zijn en beter willen leren lezen, schrijven, spreken, rekenen of betere digitale vaardigheden willen krijgen.

De scholing vindt zo dicht mogelijk bij hen in de buurt plaats. Uit onderzoek blijkt dat de lokale aanpak van Taal voor het leven succes heeft. Daarom heeft de overheid besloten dat het samenwerkingsprogramma vanaf 2016 uitgebreid wordt naar meer gemeenten in Nederland.

Wat is het doel van het programma?

Taal voor het leven heeft als doel dat iedereen kan meedoen in de maatschappij. Om goed mee te kunnen doen in de samenleving, moet je Nederlands kunnen spreken, lezen en schrijven. Je moet ook kunnen rekenen en voldoende digitale vaardigheden hebben. Taal, rekenen en digitale vaardigheden worden gezamenlijk ook wel basisvaardigheden genoemd. Wist je dat iemand die deze basisvaardigheden beheerst een grotere kans heeft op een gezond en gelukkig leven? Bovendien levert het de maatschappij veel op.

Taal is niet een doel, maar een middel. Het helpt mensen vooruit. Als je bijvoorbeeld een (online) sollicitatieformulier kunt invullen, is het gemakkelijker om een baan te vinden. Wie de bijsluiters van medicijnen begrijpt, loopt minder risico ze verkeerd in te nemen. En als je je (klein)kinderen kunt voorlezen, vergroot dat ook hun plezier en woordenschat.

Hoe werkt de lokale aanpak?

De lokale methode van Taal voor het leven bestaat uit vier stappen:

  • bereid zijn
  • vinden
  • opleiden
  • volgen

Stap 1: bereid zijn

Samen met de partners van Taal voor het leven maken we gemeenten en organisaties er bewust van dat er ook in hun omgeving mensen zijn die moeite hebben met basisvaardigheden. We bespreken welke gevolgen dit kan hebben voor de samenleving en wat het op kan leveren als je bereid bent er wat aan te doen.

Als het onderwerp laaggeletterdheid op de agenda staat, enthousiasmeren we gemeenten en organisaties om hier (nog meer) aandacht aan te besteden en in de buurt een lokaal netwerk te vormen. We helpen bij de doorvertaling naar het gemeentelijk beleid en het lokale netwerk. Ook stimuleren we de koppeling met het sociaal domein, zoals werk en schuldhulpverlening. Stichting Lezen en Schrijven helpt met samenwerkingsprogramma Taal voor het leven gemeenten en organisaties met het organiseren van taalscholing. Gemeenten hebben een centrale regierol.

Stap 2: vinden

Gemeenten en organisaties gaan vervolgens samen aan de slag met het vinden van laaggeletterden, (taal)vrijwilligers, beroepskrachten en andere samenwerkingspartners.

  • Om laaggeletterden te bereiken, zijn er verschillende screeningsinstrumenten. Bijvoorbeeld de Taalverkenner, de Taalmeter of contextgerichte vragen. Dit zijn instrumenten die aan de hand van korte opdrachten een indicatie geven of iemand mogelijk laaggeletterd is.
  • Samen met lokale partners werven we vrijwilligers, de zogeheten taalvrijwilligers. Dit zijn enthousiaste mensen die zich graag inzetten om anderen te helpen met het verbeteren van basisvaardigheden (taal, rekenen en digitale vaardigheden). Ook bekijken we hoe beroepskrachten aan hen gekoppeld kunnen worden voor extra ondersteuning.

Stap 3: opleiden

Taal voor het leven organiseert zowel trainingen voor laaggeletterden als voor (taal)vrijwilligers.

  • Via lokale en landelijke partners krijgen deelnemers/cursisten een taalcursus, vaak bij hen in de buurt. Soms zijn deze cursussen verweven in andere trainingen om bijvoorbeeld je thuisadministratie op orde te krijgen of een baan te vinden. Met behulp van de Taalzoeker vinden we voor laaggeletterden een cursus die zo veel mogelijk aansluit bij hun persoonlijke behoefte. Zo zijn er bijvoorbeeld speciale lesmaterialen voor volwassenen beschikbaar, waar ook vrijwilligers mee kunnen werken.
  • Alle taalvrijwilligers volgen een training waarin zij de deelnemers/cursisten leren begeleiden. Daarna gaan ze aan de slag met een individuele deelnemer/cursist of een groepje. Ze staan er natuurlijk niet alleen voor, maar krijgen vaak ondersteuning van een docent, via bijvoorbeeld een Taalhuis bij hen in de buurt, en via handige tips op deze website.

Stap 4: volgen

Sinds de start van de pilot en de landelijke uitrol van het samenwerkingsprogramma Taal voor het leven zetten honderden gemeenten en (lokale) organisaties zich in om laaggeletterdheid aan te pakken.

  • Bij deze organisaties zijn bijna 85.000 deelnemers/cursisten aan de slag gegaan met het verbeteren van hun basisvaardigheden.
  • Er zijn 25.000 vrijwilligers getraind om hen te begeleiden.
  • In 2016 en 2017 zijn ruim 200 trainers opgeleid om de basistraining voor vrijwilligers regionaal of lokaal te verzorgen.
  • In heel Nederland zijn inmiddels al meer dan 300 (digi)Taalhuizen en Taalpunten geopend.

Resultaten

Benieuwd naar de verdere resultaten van Taal voor het leven? Universiteit Maastricht en Bureau Wending deden onderzoek naar de effectiviteit van het samenwerkingsprogramma:

Aan de slag?

Iedereen kan een steentje bijdragen! Organisaties kunnen veel betekenen voor mensen die moeite hebben met basisvaardigheden als taal, rekenen en digitale vaardigheden. De partners die samenwerken zijn onder meer gemeenten, taalaanbieders, bibliotheken, vrijwilligersorganisaties, zorg- en welzijnsinstanties en bedrijven. Voor de ondersteuning van deze organisaties zijn verschillende instrumenten beschikbaar. U kunt ook altijd contact opnemen voor meer informatie.

Ook kun je als taalvrijwilliger aan de slag gaan op een locatie bij jou in de buurt, of door als docent taalvrijwilligers of cursisten te trainen.

Tel mee met Taal

Taal voor het leven wordt uitgevoerd door Stichting Lezen en Schrijven en gefinancierd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In maart 2015 kondigden de ministeries van OCW, SZW en VWS het gezamenlijk actieprogramma ‘Tel mee met Taal’ aan. Dit programma geeft aan hoe laaggeletterdheid de komende jaren moet worden aangepakt. Onderdeel hiervan is dat het samenwerkingsprogramma Taal voor het leven vanaf 2016 in het hele land beschikbaar komt.